We worden om 4:50 wakker en staan kreunend en geeuwend op. Het is nog pikkedonker en we moeten met de hoofdlampen en de zaklantaarn de twee daktenten opvouwen. We hebben haast en proppen alles achterin. Puinhoop, maar het zit er in. Om 5:20 rijden we door de poort richting Sossusvlei. De weg is hier asfalt. dat is en enorme meevaller want het is 60 m naar Sossusvlei, de laatste 5 km DIEP zand.
De 60 km lange vallei in de duinen wordt onderhouden door het riviertje de Tsjaucheb, die af en toe in de regentijd water bevat. Het regenseizoen is al weer achter de rug en het riviertje is kurkdroog, maar langs de bedding staan nog wel wat groene bomen. Verder van de rvier is alles gortdroog. maar dat zien we momenteel nog niet want het is pikdonker.
Sossusvlei (Het dal van de Sossus) heet het laatste stukje van de vallei. Er zijn daar nog meer valleien zoals ¨Deadvlei¨, een droge zoutpan waarin 900 jaar oude dode kameeldoornbomen staan, hun dorre takken smekend omhoog naar de hemel voor water. Ze rotten niet weg omdat het er veel te droog is. Er naast ligt een pan waarnaast nog wat levende bomen staan: om de 7/8 jaar staat hier nog wel eens wat water.
We jakkeren met 110 km/u door de nacht, min of meer in file, met ander kampeerders en logees van lodges. We zijn op tijd bij duin 45 (40 km vanaf de poort), een hoge duin vanwaar de zonsopgang goed te zien is. We zeulen ons omhoog, het duin op . Het zand is erg los: Twee stappen omhoog, een stap terug.
We zijn niet alleen maar iedereen is redelijk stil tijdens het wachten op zonsopgang. De horizon kleurt steeds paarser en de duinen worden langzamerhand roder. Plotseling verschijnt de zon vanachter een berg en is binnen enkele minuten volledig zichtbaar. Een wolkensliert zorgt nog even voor wat speciale lichteffecten maar kort daarop kan de zon ongehinderd schijnen en de duinen in hun beroemde knalrode gloed tonen. Het plaatje boven deze blog geeft het beeld goed weer.
We rijden door naar Sossusvlei. Voordat we het diepe zand daar ingaan verlagen we de bandenspanning naar 1,2 Atm. De banden zakken in stulpen uit naar opzij. Het ziet er vreemd uit, maar dit is ons aangeradentidens de 4WD cursus en ook door de verhuurder. Dit is de eerste keer dat we door diep zand gaan (vergelijk duinzand). Een goede oefening voor Botswana. We hebben de versnelling op 4L gezet (4WD, low gear).Verder hebben we geleerd om in deze omstandigheden vooral de gang er in te houden.Niet stoppen, niet schakelen, met een laag tempo en constante snelheid door het zand ploegen. De cursus blijkt nuttig geweest te zijn. Het is zeer mul zand met sporen van shuttle-trucks en andere autoś. We proberen in de sporen van anderen te blijven. Ik geef een draai aan het stuur, maar heb geen idee in welke richting de voorwielen staan. Na 100 meter door een spoor gegleden te zijn blijken de wielen naar rechts te wijzen en ga ik op iets hardere grond onbedoeld naar rechts. De eerste keer is dit behoorlijk spannend. Maar er zijn hier voldoende andere autoś en als we vast komen te zitten zijn er genoeg anderen die kunnen helpen. Er zitten af en toe gemene hobbels in de route maar nadat we de kneep te pakken lijken te hebben wordt het bijna leuk.
We stoppen bij Deadvlei en stappen uit. We nemen een fles water mee, wat te weinig blijkt. We lopen eerst door een droge zoutpan met links en rechts wat bomen. Links en rechts van ons prachtige rode duinen, randen scherp rood-zwart door het scherpe ochtend-licht. Dan moeten we weer een duin op en dat begint Leni en mij op te breken. Het is 8:30 en al zeker 25 graden. Om 13:00 is het hier 35 graden. Deze maand is het Namibisch equivalent voor onze November. Hoe warm het hier hoog zomer wordt durf ik niet eens te bedenken...
Wouter en Gijs kachelen schijnbaar onvermoeid verder de duinen op. Leni en ik roepen dat we de korte weg terug nemen en hollen schuin naar beneden het duin af. De zwaartekracht doet het werk. Heerlijk! Beneden aangekomen gieten we het zand uit onze schoenen en lopen via de harde zoutkorst weer terug. Even later komen Wout en Gijs ook met grote sprongen het duin af.
We besluiten om bij de auto te ontbijten. We hebben immers alles bij ons. Het is een mooie plek met schaduw en een prachtig uitzicht. Bij het openen van de achterklep blijkt dat tijdens het hobbelen door het zand een fles azijn het begeven heeft. De auto ruikt naar een mooie balsamico. Achter ons picknicken enkele Zuid-Afrikaanse families. Als je goed luistert herken je wel het eea maar het blijf baie lastig.
Wouter neemt op de route terug het stuur over en kan nu ook ¨diep zand rijden¨ aan zijn rijervaring toevoegen. Nu we weten hoe het moet is het niet griezelig meer. Vlak bij de parking komen we een auto tegen, tot de assen in het zand... Geen lucht uit de banden laten lopen. Dan snijden de harde banden te diep in het zand. Gelukkig is er voldoende hulp.
Verder niet veel gedaan. Terug naar de camping, gedouched, geluierd, gelezen en een paar biertjes gedronken. Even bijkomen na het vroege opstaan. Een stel weaverbirds komen bedelen om voer.
De Lodge blijkt geen WIFI te hebben. Jullie moeten dus nog even wachten. Om17:30 begint het te schemeren. We nemen een sundowner terwijl Gijs kookt. Om 18:00 is het donker. De sterren en de maan in zijn eerste kwartier verschijnen. We stopen onze schoenen in de achterklep. Er lopen hier s-nachts jakhalzen rond en die eten alles wat geurt, ook leren schoenen. Morgen naar Swakopmund (20.000 inw), 350 km verder, uitsluitend gravel. We zitten 2 dagen in Secret Garden Guesthouse omdat het aan de kust wellicht te koud is om te kamperen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten