zaterdag 24 mei 2014

27 - Broodje aap


We staan om 6:30 op. De zon is een rode bal boven de Chobe rivier. In de verte loopt een groep bavianen, maar ze houden afstand. 


We volgen het gebruikelijke ritueel: Ik zet water op en ga naar het washok. Als ik terug ben zijn de anderen op. Gijs zet thee en koffie en begint aan het ontbijt: eieren met spek. Leni maakt de tenten leeg en vouwt de matrassen en de slaapzakken dubbel zodat de daktenten dubbel geklapt kunnen worden. Wouter en ik vouwen de tenten op en trekken de hoezen er overheen.


Dat is geen sinecure want de ritsen van de dakhoezen zijn niet nieuw meer en zitten vol met het stof van de weg. Regelmatig stroppen de lopers of pakken ze twee tanden van de rits. Toch is het van belang dat dit zorgvuldig gebeurt: Als de dakhoezen niet meer dicht kunnen, kunnen we niet meer rijden. Dit is elke ochtend een enorm gepruts en neemt eigenlijk de meeste tijd van het opvouwen in beslag.


Vlak voor het ontbijt, als de borden met twee gesneden boterhammen klaar staan voor de eieren, ontdekken we dat een groepje bavianen een omtrekkende beweging gemaakt heeft en het op onze boterhammen gemunt heeft Net op tijd geven we een paar enorme gillen en zwaaien en rennen naar ze toe waarop ze de aftocht blazen. Het scheelde slechts een meter. Als we na het ontbijt willen opruimen ontdekken we dat het resterende kwart van het brood mankeert. De bavianen zijn dus toch gedeeltelijk in hun opzet geslaagd. We hebben nog een pakje roggebrood maar de rest van ons brood voor de komende dagen (zonder winkels) is op. Verder stellen we vast dat de gastank minder vol zit dan we dachten.De komende dagen zullen we daarom op ons kampvuur moeten koken. 




Na het inpakken gaat Gijs nog even naar de WC. Het duurt even voordat hij terug komt. De WC-deur bleek aan de binnenkant geen deurklink te hebben en Gijs ontdekte dat pas nadat de deur dicht was. De muurtjes waren echter maar twee meter hoog en het lukte hem om er uit te klimmen. This is Africa.


We rijden verder op de track langs de Chobe rivier. We zien nog wat olifanten en impala´s maar onze aandacht gaat de laatste km vooral naar de weg die steeds zanderiger wordt. We verlagen de bandenspanning en gaan over op 4WD, wat hier nu echt nodig is. Het laatste stukje is weer 1 km asfalt als we de doorgaande weg vanaf de grens met Namibie even kruisen. We vullen bij de Ngoma gate opnieuw alle overbodige informatie in, in de beduimelde boeken ( naam, thuisadres, paspoortnummer, kenteken nummer, bestemming, handtekening). Er kan met deze informatie helaas niets zinvols gedaan worden omdat het te veel is en ze niet gesynchroniseerd wordt met de data van de andere gates. Hier zou een stukje automatisering erg bijdragen aan de veiligheid van de toeristen, al was het alleen maar om te weten wie waar en wanneer in het park zit.

De eerste 40 km is de weg prima (asfalt) . We rijden nog langs enkele dorpjes. Onderweg ontdekken we dat we behalve brood nog iets veel belangrijkers missen: Bier. In het laatste dorpje Kachekau stoppen we nog even bij de locale ¨bottleshop¨ maar rijden teleurgesteld door als blijkt dat de prijs die ze vragen $2,- per blikje is. Goed geprobeerd natuurlijk, dat wel.

Dan houdt de asfaltweg op. We gaan het zand in, diep zand. Stel je het droogste duinzand in Nederland voor; een duinpan die wekenlang in de warme augustuszon heeft liggen drogen, zand dat je als kind tussen je vingers door liet lopen, zand van zandduinen waarin je drie stappen omhoog gaat en weer twee stappen terug glijdt, van dat zand, maar dan oranje/rood gekleurd, en dat 80 km lang.


De trail wind zich km na km heuvel op, heuvel af, splitst zich af en toe en komt dan weer bij elkaar. Hier ben ik voor het eerst echt heel blij dat we onze route op GPS hebben. Hier in deze wildernis wil je niet verdwalen. Het savanne-landschap is ondertussen langzamerhand veranderd. in een bos met veel lage en enkele hoge bomen. Er tussenin overal open plekken die met geel leeuwengras en struikgewas begroeid zijn.Als je goed kijkt zie je overal wildpaden. We zien hier ook regelmatig olifantsbomen en reusachtige Baobabs.

Rijden in diep zand is een aparte tak van sport. De richting van de auto wordt meer bepaald door het zandspoor waar je in zit, dan door de richting waarin het stuur staat. Het is mogelijk om km lang ongemerkt naar rechts te sturen terwijl je toch rechtdoor gaat. Het gevaar zit hem daarin dat als jue dan plotseling een hard stukje weg tegenkomt, dat de auto dan met een ruk naar rechts gaat. Verder aat het er om d gang er in te houden: zoals ons geadviseerd is: ¨Keep momentum¨ niet vertragen, niet schakelen, door gaan!! Als hje stil valt moet je maar weer weg zien te komen. Zo sukkelen we al hobbelend, schuivend en slingerend de eindeloze trail af met een gemidelde snelheid van 30 km/u . We komen af en toe een andere auto tegen, wat van W en G heel wat stuurmanskunsten vergt om de auto UIT de trail te krijgen en daarna weer terug. Toch gedraagt de auto zich prima. Hij is hiervoor gemaakt en sleurt ons steeds door het diepste zand heen en na verloop van tijd krijgen we meer vertrouwen dat we niet vast zullen komen zitten in the middle of nowhere, met hongerige leeuwen om ons heen. Na enkele uren wordt de trail iets beter en komen we aan bij de gate van Savute Campsite, waar we opnieuw de hele rits van gegevens in beduimelde boeken moeten invullen, men is hierin erg strikt.


Net als bij Ihaha campsite is er geen hek om de campsite (met ca 12 kampeerplaatsen). Wild kan hier de camping in en uit lopen. We krijgen nogmaals te horen: s-nachts de tent NIET uit!! We krijgen een plaatsje onder een grote boom aan het Savute channel, een waterloopje dat zeer onregelmatig water bevat, maar nu helemaal vol zit. De grond bestaat uit erg mul zand. Het washok is gebouwd als een cirkelvormig fort met een stalen olifantbestendig hek. Er is merkwaardigerwijs een klein hutje op de camping waar na 17:00 brandhout (belangrijk) en bier (ERG belangrijk) wordt verkocht: een meevaller.We slaan flink wat hout en bier in die we betalen met enkele Pulaƛ die we als wisselgeld gekregen hebben voor dollars.


Om 16:00 maken we een Gamedrive met onze eigen auto. Ik heb wat gps routes van anderen gedownload van internet en die helpen ons nu de route te bepalen. Erg plezierig want verdwalen is hier kinderspel: zoveel tracks als er kriskras door elkaar lopen. Chobe staat bekend om zijn enorme hoeveelheid wild, waaronder leeuwen, luipaarden en hyena´s. Het is echter vlak na de regentijd. Veel wild zit in de uiterste hoeken van het park: overal is water en eten, en afgezien van wat olifanten, zebra´s gnoes en de onvermijdelijke impala´s zien we geen ander wild, en al helemaal geen roofdieren. Na een uur zwaar hobbelen hebben we er genoeg van: tijd voor een biertje. Als we de tent net hebben opgezet komt een olifant onze campsite binnenlopen en gaat uitgebreid staan drinken bij het Savute channel. Erg leuk.


S-avonds kookt Gijs weer een prima maaltijd, dit keer op houtvuur. De pannen worden pikzwart. Als het schemert beginnen duizenden kikkers in het waterloopje te kwaken.


Het leuke is dat dit gebeurt in ¨golven¨. Op een gegeven moment ebt het weg. Dan begint er weer eentje en voor je het weet is het hele koor weer aan de gang. Verder lijkt het alsof er een soort ¨voorzanger¨ is waar de anderen op antwoorden. We slapen als een blok en hebben heel in de verte het zware doffe gebrul van enkele leeuwen gehoord. We zijn s-nachts niet de tent uit geweest..

Geen opmerkingen: