Niet zo goed geslapen. Draaien in mijn slaapzak doet pijn ondanks de pijnstillers. Heb toch het gevoel dat het iets beter gaat. Lopen gaat redelijk als ik mijn voet maar niet te hard neerzet. Bukken en gaan zitten is nog steeds zeer pijnlijk.De wandeling van 20 meter naar de toiletblokken is een riskant avontuur...
De anderen hebben gelukkig wel goed geslapen en zijn erg zorgzaam, wat me ontroert. We vragen ons af of we in Grootfontijn niet even naar een kliniek moeten gaan. Voorlopig schuiven we de beslissing nog even voor ons uit.
Het einddoel van vandaag is Rundu aan de Angolese grens. Onderweg willen we in Grootfontijn tanken en boodshappen doen. De weg loopt aanvankelijk door een eindeloos savannelandshap dat vrij dicht beboomd is. Er is weinig te zien. Pas in de uurt6 van Grootfontijn wordthet landschap boeiender met bergen en veel groen. Langs de weg uitgebreide maisvelden en andere landbouwgrond. Hier zit duidelijk water. We hebben de woestijn achter ons gelaten.
Grootfontijn is een niet onaardig plaatsje. Tien hoofdstraten met winkels en daarbuiten witte en zwarte wongebieden. Er wordt op straat van ales verkocht, zeep, pinda´s, loterijbriefjes, zelfgekweekte tomaten, pompoenen en kalebassen. De Afrikaanse invloed wordt hier nadrukkelijker zichtbaar. De pijn wordt wat minder en we besluiten door te rijden.
De route van Grootfontijn naar Rundu is een vrijwel kaarsrechte weg van ca 200 km. Het eerste stuk loopt door vrij weelderig, soms moerassig landschap met hier en daar zelfs palmen. Dan wordt het weer steppe-achtig. Halverwege de route, na het ¨Animal desease checkpoint¨ (waar nog een spannend verhaal aan verbonden is dat ik julie graag mondeling meedeel) verschijnen er meer en meer bomen. Naar mijn idee (Ja, in zoverre ik daar kik op heb) een secundair bos. Er verschijnen Afrikaanse dorpjes, kralen met lemen hutten met rieten daken. Rond, vierkant, onderhouden en verlaten. Kippen, koeien, honden. Er lopen heel veel mensen langs de weg. Koeien en geiten worden in de bermen van de weg gehoed. Het is oppassen geblazen. Mensen en dieren steken soms zo maar de weg over.
Het is een boeiend en levendig gezicht. Vrouwen met water, een pompoen, een hak of een bundel hout op hethoofd balancerend. Regelmatig passeren we (Missie?) schooltjes. Kinderen lopen in schooluiform terug naar huis. en zwaaien naar ons. Soms maken ze het geld gebaar. Langs de weg wordt brandhout, constructiehout (boomstammen) en zelfgebakken aardewerk verkocht. Dit is echt Afrika.
Voor de camping bij Nkwazi lodge moeten we nog even een kort stuk hotsebotsen over een zandweg. We krijgjen een plaats tussen een weelderig stel bomen en zien talloze planten in het wild, die bij ons in Nederland een kwijnend bestaan leiden in bloempotjes. Reusachtige vingerplanten, meters hoog. Om 16:00 maken we een ´sundowner¨ tocht op de Okavanga rivier. Als er in Namibie (en wellicht heel Afrika) sprake is van ¨sundowner¨ betekent dat altijd dat er van drank sprake is. Op de boot gaat dan ook een koelbox met wat bier mee.
We varen op de grensrivier met Angola. An de Namibische kant zijn overal dorpjes. Ook zien we wasplaatsen, voor mannen en vrouwen strikt gescheiden. Fotograferen voelt als gluren en ik stop vrij snel met foto´s maken hiervan. Aan de Angolese kant zien we op een gegeven moment een (volgens de bootsman) Chinese nederzetting: met Keurige rechthoekige huisjes en een GSM-antenne. Verderop rijdt een ossenkar langs de oever. Twee heel verschillende werelden. We leggen even aan aan de verlaten Angolese kant. Daar zijn we dus ook geweest.
S-avonds ontmoet we in de lodge een gepensioneerd Nederlands echtpaar. We raken an de praat en besluiten samen te eten. Het restaurant is vrijwel leeg. Dat is ook het geval bij andere lodges of campings waar we waren. Het is duidelijk ¨low season¨. Toch lijkt me dit een betere periode als bv de Namibische zomer waarin het bloedheet kan zijn. Omdat het dan droger is, heb je wel een grotere kans om wild te zien bij drinkplaatsen. De zwarte bewoners hebben het duidelijk koud: Ze dragen mutsen en truien terwijl wij in korte broek en T-shirt rondlopen.
De vrouw van het echtpaar is verpleegster en ze heeft snel in de gaten wat er met me aan de hand is. Ze adviseert om morgen even naar Rundu terug te gaan en bij de apotheek Ibuprofen en Valium te halen. Ik neem twee Ibuprofen en slaap als een blok.
Het is hier aan het water wel kouder en we trekken halverwege de nacht een deken over ons heen. Als ik even naar buiten kijk zie ik devolle maan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten