Om 5:30 is het nog vrijwel donker en het is fris. Aan de horizon is boven de rivier een licht-rose schijnsel, maar op de camping tussen de bomen is het nog pikkedonker. We gaan snel met de koplampen naar de wc en pakken onze tassen en fleeces, want het is koud, zo vroeg op het water, zegt men. Gijs en Leni hebben een lange broek aan. Wouter en ik niet. We zijn toch als Nederlanders wel wat kou gewend? Dat was stom.
We gaan aan boord van een ruime motorboot met buitenboordmotor en worden voorgesteld aan onze schipper: zijn naam is ¨Cobra´. Verder gaat in een koeltas een ontbijt en lunch mee. We vertrekken na wat uitleg over de tocht: Het stuk moeras waar we ingaan heeft de afmetingen van Nederland. We gaan naar ´Chief´s island´, een eiland midden in de delta, 135 km van de lodge af. Het is met onze boot 5 uur varen (met een gemiddelde van 30 km per uur).
De boot vertrekt en maakt meteen snelheid. We ontdekken dat die lange broek best wel een goede keus was. Wouter en ik zitten te kleumen in onze korte broeken want het is verdomd koud om 7:00 op het water, en de boot vaart ook nog hard. Gelukkig zijn er dekens aan boord die wel wat helpen maar niet winddicht zijn.
Tijdens het ontbijt vraag ik aan onze schipper of ¨Cobra´ een gebruikelijke naam is en hij vertelt dat het een bijnaam is. Hij heeft een paar jaar geleden een spugend cobra uit een huis gehaald. Hij heeft hem eerst gevangen met een gevorkte stok en hem daarna met blote handen achter zijn kop gepakt en hem de bush in gegooid. Daarna werd hij door iedereen respectvol ¨Cobra´ genoemd.
We varen eerst langs een aantal dorpjes, dan langs eilanden met loofbomen en palmen,. Sommige stukken van de route gaan langs grote hoeveelheden dode bomen (vanwege de droogte 15 jaar geleden). We varen langs enorme rietvelden, drijvende eilanden met een soort gras en uitgestrekte velden met papyrus. We zien olifanten in het water die staan te grazen in het drijvende gras en hier en daar een enkele hippo. Verder heel veel vogels (Visarenden bij de vleet, Zadelbek ooievaars en grote ijsvogels) . En natuurlijk ook weer overal impala´s.
Het was een prachtige tocht, ook door het mooie land/waterschap. We bereikten het eiland om 13:00 maar ondanks de mare van heel veel wild zagen we dat niet. Volgens Cobra: ´ This is game paradise: food and water everywhere. They stay where they are and don´t show up¨. Desondanks een erg mooie tocht.We waren allemaal onder de indruk.
De barman op Gelbingen Guestfarm had in zijn door drank omspoelde verhalen ons van alles verteld over slangen: Boomslangen, spugende cobra´s, Zebra slangen, black mamba´s en pofadders. Dat slangen soms wel anderhalve meter omhoog konden staan en een mens recht in de ogen kijken. Maar in deze vier weken hebben we geen enkele slang gezien. Tot op onze terugtocht uit de delta.
De boot voer op redelijke snelheid terug door het moeras toen ik plotseling een geel-bruine veeg in het water zag. Ik riep de bootsman en hij stopte onmiddellijk en keerde om: Een pofadder in het water. Hij zwom snel weg maar de schipper sneed hem de weg af zodat we hem nog even konden bekijken: Een ca 1m lange dodelijk giftige slang, waar je niet op moet trappen.
Om 20:00 gingen we moe maar voldaan naar bed. en prachtige tocht. We hebben 10 uur geslapen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten