woensdag 14 mei 2014

18 - Veel drank


Even een paar dagen zonder WIFI en internet gezeten. Volgens de beheerder van een van onze guesthouses is dat ¨The real bush experience¨. We zitten nu bij de Popa Falls, een kleine stroomversnelling in de Okavanga rivier. Maar goed, terug naar waar we gebleven waren!

De economie van Namibie is zeer nauw verbonden met die van Zuid-Afrika. Dat merk je al als je geld pint. Je krijgt vaak een mix van Namibische Dollars en Rands en soms alleen maar Rands. De wisselkoers is in Namibie 1:1. In Zuid Afrika is de N$ echter maar 0.9 Rand waard. We komen regelmatig blanke Zuid-Afrikanen tegen die daar hun boeltje hebben verkocht en in Namibie opnieuw zijn begonnen. De redenen voor hun verhuizing zijn vaak de economische onzekerheid en de onveiligheid in ZA. Ook het kleinere aantal inwoners en de gunstigere numerieke verhouding tussen blank en zwart worden als reden genoemd.


De tijdelijke beheerder van Gelbingen Guestfarm is zo´n man. Zijn naam is Tom en hij is een ex-majoor uit het Zuid-Afrikaanse leger. Hij heeft in de ¨Bushwar¨ in Angola gevochten. Opgeleid als werktuigbouwkundig ingenieur is hij na een aantal jaren de werkstress en de onveiligheid van ZA ontvlucht om in Namibie rust te vinden. Ook in Namibie zijn er aanzienlijke verschillen tussen rijk en arm maar (volgens Major Tom) is Namibie heilig vergleken met ZA.

Blanke Namibiers zoals Tom, lijken twee hobbies te hebben: vlees eten (veel) en drinken (heel veel). Liefst combineren ze deze twee zaken. In Nederland vinden we vaak dat ¨de vijf in de klok moet zitten¨ voordat we aan een borrel beginnen. Volgens Major Tom mag dat ook best vijf over elf zijn (of eerder). Als we om 11:30 komen inchecken heeft hij zijn eerste ¨tin can¨ al open getrokken.

We zijn deze ochtend vroeg opgestaan (6:15), hebben ontbeten en snel ingepakt. Opnieuw de achterband opgepompt. We durven met deze band niet veel verder en gaan een garage zoeken. We rijden door een langzaam groener wordend landschap: nog steeds savanne, maar steeds dichter beboomd.


We naderen Kamanjab, een klein plaatsje op de drempel van het Etosha wildpark. De eerste en derde wereld bevinden zich hier links en rechts van de weg: links een benzinepomp, winkel en pinautomaat, rechts betonnen in elkaar geflanste gebouwtjes met veel rommel er omheen: bandenreparatie c.q. kapper, een ¨restaurant¨ (afdak met daaronder een grill) en een woman´s craftshop. Alle elektrische apparaten (tondeuse, haardroger, compressor en nog veel meer) geprikt in een enkel stopcontact. De gehele kapsalon is aan het eten van het restaurant er naast.


Na het tanken steken we over naar de ¨Afrikaanse¨ kant van de straat. De ongelijke bodem is bedekt met stenen, afgeknipt haar en olieresten. Het is niet duidelijk waar de ene zaak ophoudt en de andere begint. We vragen de kapper wie de bandenreparateur is. Van onder een dekzeil verschijnt een man in blauwe overal die door de kapper met professor wordt aangesproken. Hij zegt dat hij alles kan maken, ook hele kleine gaatjes. De auto gaat op de krik en de band in de waterbak. De band blijkt 4 gaatjes te hebben en twee scheuren in het rubber. Het profiel is ook niet top. Minpuntje voor Britz.

De reparateur zegt dat de band vervangen moet worden, maar hij heeft alleen een gebruikte band (die er nog redelijk goed uit ziet). Ik bel daarom naar Britz om hiervoor toestemming te vragen. De man van Britz moppert omdat we niet bij een officiële garage zitten. Ik krijg de indruk dat we daarheen moeten en zeg dat de band er al af is. Ik geef hem de reparateur aan de lijn en hoor Mr Britz nog net iets lelijks over ¨another %&! Damara¨. We krijgen toestemming en de band wordt geheel met handkracht van de velg gehaald en vervangen door de ¨nieuwe¨ gebruikte band.


Twintig minuten later rijden we Gelbingen Guest Farm binnen, onze bestemming van vandaag.We hebben hier voor de afwisseling twee guest-rooms met douche. Vanavond hoeven we het dak dus niet op.Sinds 7 jaar woont een Himba stam op het terrein van de farm. Vanmiddag om 16:00 staat een bezoek aan deze stam gepland.We doen wat rustigaan,drinken koffie en lezen totdat het tijd is voor de Himba-excursie. Voor die tijd hebben we echter al het een en ander over het leven van Major Tom gehoord. Terwijl hij vertelt trekt hij het ene blikje bier open na het andere maar wordt niet waarneembaar dronken. Een professional!


Hij blijkt oprichter/eigenaar te zijn geweest van Pelican Tours, de maatschappij waarmee we in Swakopmund de boottocht gemaakt hebben. Die heeft hij ook verkocht waardoor hij nu een bemiddeld man is. Hij heeft een farm vlak in de buurt (50 km verderop) en renteniert (en drinkt). Hij heeft een jongere vriendin wiens ouders tijdens de oorlog in Angola over de grens naar Namibie gevlucht zijn (met alleen hun kleren en een beetje geld).


We bezoeken de Himba-stammet enige schroom. De gids legt echter uit dat het bezoek in beiderlei voordeel is. De Himba verkopen aan het eind van de tour wat zelfgemaakte spullen en kunnen zo bv geiten of kippen kopen. Daarmee is het voor ons acceptabel.


De stam verblijft op een terrein met zelfgemaakte hutten van riet, bestreken met een mix van mest en stro (In de USA heet dit Adobe. De zuidelijke indianen maakten ook gebruik van deze techniek). Er is geen ¨kraal¨. Sommige hutten zijn bedekt met plastic: volgens de gids een ¨luie huisvrouwen¨ oplossing (Hutten bouwen en onderhouden is vrouwenwerk). De stam bestaat uit ca 3 mannen en vrouwen, een tienermeisje en een tiental kinderen in alle leeftijden. Als we fotoś maken willen ze graag het plaatje op de camera zien. Ze vegen over de foto als bij een iPad. Ze laten zien hoe ze de mix van botervet (tegenwoordig vaseline) en keurstof aanbrengen, die hun huid de kenmerkende rode kleur geeft. Alle volwassen vrouwen hebben lang waarvan de strengen stijf staan van de mix van vet met kleurstof. Het tienermeisje vind het kennelijk grappig om gefotografeerd te worden, maar plaagt de fotografen door op het kritieke moment haar hoofd om te draaien, zodat de foto mislukt. En dan heeft ze pret.


Na het eten vertelt Major Tom over de enorme invloed van de Chinezen in Afrika. Dat er in Angola 1,5 miljoen Chinezen zitten. Hij schatte het totale aantal in Afrika op tientallen miljoenen. In tegenstelling tot hun geboorteland hoeven Chinezen zich in Afrika niet te houden aan de ¨een kind¨-politiek. Hij vertelt dat de gehele farm over 4 weken verkocht zal worden en dat wij m.o.m. zijn laatste gasten zijn. Zijn zus, die de eigenaar is, stopt er ook mee en gaat rentenieren in Swakopmund. Hi vertelt over grote en kleine diefstallen van personeel.Ook vertelt hij dat ¨zijn Himba´s¨ na de overdracht naar een andere farm gaan. Het doet me denken aan de film ¨Out of Afrka¨ waarin Karin Blixen het heeft over ¨haar Kykoeioes¨. Het is een mix van goede bedoelingen en kolonialisme. Vreemd omdat mee te maken en moeilijk te beoordelen. Tom drinkt ondertussen de rest van de avond stevig door.

Hij houdt van een goed publiek en dat heeft hij. Om 20:00 horen we van zijn vriendin dat er zojuist een ernstig ongeluk is gebeurd in Kamanjab. Dat triggert nog een ander verhaal dat omwonenden bij een ongeluk vaak alleen komen kijken naar wat er van of uit een auto gevallen is en zich niet bekommeren om inzittenden. Het lijkt ons sterk. Gijs houdt het verder wel voor gezien en gaat naar bed. De rest volgt snel. Aan de Noordelijke horizon onweert het af en toe. De laatste restanten van de regentijd..

Geen opmerkingen: